In 2024 waren 1563 medicijnen (tijdelijk) niet leverbaar. Dit zorgde ervoor dat meer dan 4,5 miljoen mensen last hadden van een medicijntekort. Dit is minder dan het jaar ervoor, want toen waren bijna 2300 medicijnen (tijdelijk) niet leverbaar. Toch zijn deze cijfers geen goed nieuws. In 193 van de gevallen ging het om medicijnen die van levensbelang zijn voor patiënten en dus snel beschikbaar moeten zijn. Daarnaast ging het om 669 essentiële medicijnen. Als patiënten deze medicijnen niet krijgen, kan dat binnen 3 dagen tot 3 maanden leiden tot het overlijden van de patiënt of sterk verergerde ziekte. Ook waren er 310 tekorten in de categorie noodzakelijk geneesmiddelen. Gevolg hiervan kan zijn dat patiënten een zwaarder middel toegediend moeten krijgen dan eigenlijk nodig is. Volgens de voorzitter van de apothekersorganisatie KNMP is het preferentiebeleid van zorgverzekeraars een oorzaak voor de tekorten. Zorgverzekeraars maken prijsafspraken met medicijnfabrikanten. Apotheken moeten dan specifiek die middelen verstrekken, anders krijgen patiënten de medicijnen niet vergoed. Dit leidt ertoe dat medicijnen er vervolgens niet meer zijn. Een mogelijke oplossing zou hergebruik van medicijnen kunnen zijn. Apothekers hebben hier hun twijfels bij, omdat ze de kwaliteit van medicijnen dan niet meer kunnen waarborgen. Wat vinden jouw leerlingen van dit nieuws? Bespreek het met de korte werkvorm ‘Emojis'.